Mijn verkeerde keuzes
Hoofdstuk 11 boek 2 (groeifase)
Uiteindelijk wilde de bank mij dit bedrag wel lenen. Zonder enige zekerheid mijnerzijds. Je moet daar nu eens om komen. Zo veel vertrouwen had de bank in mij. Er stond nog een groot bedrag in rekening-courant dat de onderneming schuldig was aan de bank. En omdat De Groot en zijn administrateur elke maand een groot bedrag op Zwitserse banken zetten waren zij bang dat de Groot zijn zaak zou laten springen voordat de bank was terugbetaald. Bij overname door mij zou hun geld worden veiliggesteld, vonden zij.
Mede omdat ik De Groot niet helemaal vertrouwde en ik de zaak als zodanig niet op inhoud kon inschatten beriep ik mij op een paar bevriende relaties door te vragen of zij eens goed naar de onderneming en de financiële stukken wilden kijken.
Dit clubje bestond uit een bekende advocaat uit Leiden, één van de firmanten van accountantskantoor De Tombe & Melse, mijn zwager directeur van ABP en een bankdirecteur van ABN. Als zij positief zouden reageren op de voorgestelde aankoop zou ik de onderneming met ongeveer 50 medewerkers kopen voor de gevraagde som. Ik had zelf geen tijd om er enige studie aan te wijden. Zoals ik eerder schreef was ik op dat moment Algemeen Directeur van Mieloo B.V. te Lisse. Ik legde dus mijn gehele vertrouwen in hun handen.
Zij adviseerden positief. Het was volgens hen een juiste overname met veel potentiële mogelijkheden. Na ampele overweging, met toch enige reserves stapte ik in het avontuur. Ik zegde mijn baan als algemeen-directeur bij Mieloo B.V. op en stichtte een nieuwe B.V. waarin ik de over te nemen onderneming ECC BV. onderbracht. Ik deed dat op die wijze omdat ik toch niet al te veel vertrouwen had in De Groot en niet met lijken in de kast zou worden geconfronteerd.
Er werd een overname-document opgemaakt dat ik ter lezing en goedkeuring aan de eerdergenoemde groep voorlegde. Zij gingen akkoord. Op kantoor van mijn accountant De Tombe & Melse zou de overname worden bekrachtigd. Voordat De Groot zijn handtekening zette en mijn handtekening zou volgen, nam De Groot mij even apart. Hij had een belangrijke voorwaarde voor de verkoop. Ik moest hem regelmatig zogenaamd vragen voor een zakenreis, opdat hij verantwoord naar één van zijn vele maîtresses kon gaan, zonder ruzie te krijgen met zijn overigens tweede echtgenote. Ik vond dit vreemd en besefte toen nog niet welke inpakt dat zou krijgen. Het leek mij geen veelbetekenend bezwaar en ik tekende voor de aankoop per 1 januari 1980.
Wat trof ik aan? Een onderneming met een sterk verouderde ponskaarten administratie. slecht opgeleide medewerkers en een verouderd productenpakket waarin de laatste jaren geen innovatie had plaatsgevonden. Geen enkel contract tussen de fabrieken die de onderneming vertegenwoordigde. Een kostbaar vrachtwagenpark, waarin van de vier vrachtwagens er dagelijks wel ééntje stilstond door ziekte van een chauffeur. Een directiesecretaresse, die een verhouding had met De Groot en leek gekomen te zijn uit één van de sprookjes Grim. Naar voorbeeld van De Groot had vrijwel iedereen op kantoor wel een relatie met een collega. En hier moest ik dus orde op zaken gaan stellen, dankzij de onvoorstelbare bedrijfsblindheid van mijn adviesgroep, die achteraf alleen op cijfers waren uitgegaan, die natuurlijk niet klopten. Een verkeerde keuze dus.
Op mijn eerste reis met De Groot langs de fabrikanten om voorgesteld te worden werd het mij al duidelijk dat ze allemaal van hetzelfde soort waren. De Groot had tijdens de reis in de auto maar één onderwerp: neuken. Tot vervelends toe had hij het erover en vertelde mij uitgebreid wat hij zoal met vrouwen deed en had gedaan. Hij dropte mij 's avonds in een hotel en ging dan met zijn fabriekscontacten de bordelen af. De Groot was voor de tweede keer gehuwd en had uit het eerste huwelijk een zoon, die ook in de onderneming werkzaam was als verkoopleider binnen. Deze had er misschien op gehoopt eens de zaak over te kunnen nemen. Hij was geen verkeerde vent en kon vanaf het begin goed met hem opschieten. Het was jammer voor hem dat hij zo'n vader had. die zijn gehele leven aan niets anders dacht dan aan vrouwen neuken. Zelfs als zij toeleverancier waren neukte hij hen, zoals de vrouw die zijn vrachtauto's had gedecoreerd.
Zo vertelde hij ook met trots het volgende voorval. Een vriend van hem ging trouwen in Parijs. Om 10 uur in de morgen was de huwelijksinzegening. Om twaalf uur vroeg die vriend die net getrouwd was, aan drie vrienden, waaronder De Groot, mee te gaan naar een hotel. Hier had hij een kamer gehuurd en vier hoeren. Hij gebood de hoeren zich uit te kleden en gebukt in een hoek te gaan staan. Hierop nodigde hij zijn vrienden uit de hoeren achterom te nemen. Als je zulke vrienden hebt deug je zelf ook niet was en is mijn mening. Dit soort verhalen moest ik dagelijks van hem vernemen. Ze mogen roddelen over mij zo veel als ze willen, maar ik heb vrouwen altijd gerespecteerd en ging nooit naar de hoeren.
Als we terug naar huis gingen van reizen vroeg hij mij nog even in Rotterdam, waar ik woonde, in een hotel te gaan, zodat hij nog een nacht bij zijn maîtresse kon blijven.
Ik was geen lieverdje, maar bij hem was ik een amateur in de liefde. In de wereld van neukers was hij zeker de coach.
Zij secretaresse bliefde alles over wat ik zakelijk deed. Het is daarom dat ik haar heb ontslagen.
Omdat ik uit een goed geoliede machine kwam, viel alles mij tegen. Ik probeerde nog op korte termijn nieuwe producten in te voeren, maar had daarvoor niet het juiste personeel.
De volgende tegenslag die ik kreeg was dat de bankdirecteur die mij de lening zonder zekerheden mijnerzijds had vertrekt, promotie maakte en naar het midden van het land verhuisde, naar een ander filiaal van de bank. De opvolger van hem eiste ineens dat ik een geavanceerde computer moest nemen voor de administratie. Daarnaast eiste hij van mij zekerheden, zoals mijn huis. Dit wilde ik niet en zon op wraak. De door de bank geadviseerde computerleverancier maakte er zo'n potje van dat ik gedurende vele maanden geen noodzakelijke financiële stukken kon produceren. Daardoor miste ik sturing en controle van mijn onderneming.
Ik verzon een sterfhuisconstructie en voerde die uit. Ik deed de transportsector over aan een transportbedrijf en bracht wat activiteiten over naar een andere onderneming van mij. Ik betaalde de bank alles terug uit eigen werkkapitaal (2.000.000 gulden) en sloot de onderneming drie jaar na de aankoop. Ik was daardoor wel alles kwijt maar had een schoon geweten. Alle medewerkers vonden snel werk bij een ander.
In 1982 werd er bij mij thuis ingebroken, op klaarlichte dag. Mijn vrouw was om ongeveer om 13.00 uur eventjes weggegaan voor een boodschap. Ze had de deur achter zich dicht getrokken, maar niet met een sleutel het nachtslot ingeschakeld. Kennelijk is met een creditcard de deur geopend want er was totaal geen schade aangebracht, wat mij nogal wat moeilijkheden met de verzekering veroorzaakte.
Wat weg was: de videorecorder, de audio installatie, alle juwelen uit een slaapkamerkastje en wat heel vreemd was een geldkistje met de inhoud van ongeveer 10.000 gulden, dat ik goed had verstopt op een plaats die eigenlijk niemand kon weten. Wel wist men op kantoor dat ik elke dag dat kistje mee naar huis nam.
Ik heb bij de politie aangifte gedaan, maar nooit meer iets vernomen. Achteraf had men de zaak kunnen oplossen, want ik heb zelf de inbraak kunnen reconstrueren.
Op de afdeling boekhouding zat een heel mooi meisje. Dat mag gezegd worden. Zij vertelde een ieder die het horen wilde dat zij zo’n leuke Marokkaanse vriend had die zo goed voor haar was. Hij zorgde zelfs voor huisvesting in de vorm van een kamer in Den Haag(Geleenstraat)(Hoerenbuurt).
Het is bijna toeval te noemen dat ik een keer in Amsterdam was en mijn vrouw iets zakelijks in de Bijenkorf moest doen. Wat ik wel meer deed, dat ik in de tijd dat ik toch moest wachten een wandeling deed door de hoerenbuurt. Gezellige sfeer, ook al was ik geen bezoeker van de dames. Wie schetst mijn verbazing dat ik achter één van de ramen dat mooie meisje zag zitten met, ja, de gouden slavenarmband van mijn vrouw. Zij vloog weg van het raam toen zij mij zag en een uurtje later zat zij er weer, maar nu zonder slavenarmband. Mooi, he, zo’n bekentenis.
En nu de reconstructie. Zij heeft in die tijd dat zij voor mij werkte haar vriend verteld waar ik woonde en dat er een kistje in huis moet staan. Hij heeft op de uitkijk gestaan en gewacht tot mijn vrouw uit huis zou komen. Heeft de deur geopend en snel alles van zijn gading gestolen, als hierboven genoemd. Later vond ik en ledige kistje op het pad achter het huis. Hij had als vluchtweg de tuin genomen en het pad tussen alle woningen, tussen de tuinen door. Hij had de zaak dus goed eerst verkend. Maar, ja, Marokkaanse dieven hebben goede opleidingen in die richting genoten.
Toch vraag ik mij nog steeds af hoe het kwam dat hij in zo’n groot huis in zo’n korte tijd de weg wist te vinden naar de spullen. Getipt? Door wie? De G.? Wie zal het zeggen.
De verzekering heeft wel betaald, en dat kwam weer omdat de tussenpersoon bij ons in het concern werkzaam was. Kruiwagentje dus.
De emotionele waarde van de juwelen was echter nooit meer te vervangen.
Of zij achteraf wel zo blij met die vriend is geweest laat zich raden. Hij heeft haar in ieder geval wel in de prostitutie doen belanden. Zij mocht dan wel van hem een mooie armband dragen maar moest daarvoor wel haar lichaam verkopen. Kennelijk was het een loverboy, die dief. Inmiddels zal hij wel al dood zijn of hoop ik in een rolstoel zitten. En dat vrouwtje? Verlept en verlaten!
Inbraak door mij opgelost. Politie geïnformeerd. Slaapt nog steeds.
Op dat moment kon ik nog niet bevroeden later nog een inbraak te zullen ondergaan waar de politie niets aan deed. Politie is je goede vriend!? Nou, niet voor mij. Had mijn vader toch gelijk. In je leven ontmoet je maar één, hooguit twee echte vrienden. Wel, in ieder geval geen politie.
Gedurende deze tijd reisde ik regelmatig naar Italië. Meestal op uitnodiging van fabrikanten die mijn bedrijf vertegenwoordigde in Nederland met hun producten. Veel van die fabrikanten waren rondom Milaan gesitueerd. Ik overnachtte dan veelal in Milaan, de stad die ik nog kende uit de tijd dat ik voor VBB regelmatig een fabrikant bezocht en andere bijvoorbeeld tegelproducenten rondom deze stad in Noord Italië. Ik schreef daar reeds eerder over.
Hoogtepunten in deze levensfase
1. Mijn huwelijk met Annie in 1962
2. De geboorte van mijn dochter Denise in 1965
3, De geboorte van mijn dochter Sabine in 1971
4. Mijn aanstelling als marketing manager bij de Verenigde Bedrijven Bredero te Utrecht
5, De aankoop van mijn eerste woning in 1970
6. Mijn aanslelling als algemeen directeur bij Mieloo N.V. te Lisse
Dieptepunten in deze levensfase
1. Mijn hartinfarct in 1971
2. Mijn verlovingsbreuk met Hannie in 1960